Collega Jens fietst op 4 dagen 1.000 kilometer voor Kom op tegen Kanker

Jens, eerst en vooral een dikke proficiat met jouw glansprestatie. Heb je de stijfheid intussen uit je lijf gekregen?
“Met die stijfheid viel het eigenlijk best mee. Enkel de laatste dertig kilometer van elke fietsdag kreeg ik wat last van mijn knieën, maar voor de rest heb ik de inspanningen prima verteerd. Misschien dat het weer daarin een rol gespeeld heeft: dat zat dit jaar echt mee.”

Het was al de vierde keer dat Van Dessel een delegatie aan de start van de 1.000 kilometer bracht. Heb jij telkens meegereden?
“Ja, ik ben erbij sinds onze eerste deelname in 2015. We hebben toen één team ingeschreven, vooral onder het motto van “dat willen we toch eens gedaan hebben”. Maar we kregen de smaak te pakken én de fietsmicrobe bleek aanstekelijk te werken onder de collega’s, want de laatste drie edities konden we zelfs twee teams afvaardigen.”
 

Team Van Dessel voor de 1.000 kilometer, editie 2018. Yoeri Van Hoyweghen en Patrick Verlinden ontbreken op de foto.

De 1.000 km van Kom op tegen Kanker is intussen zo populair dat alle 1.100 plaatsen voor de editie 2019 op amper één dag tijd ingevuld waren. Is Van Dessel er volgend jaar opnieuw bij?
“Jazeker, gelukkig waren we er op tijd bij om ons in te schrijven met twee teams.”

Terug naar jouw huzarenstukje: 1.000 kilometer fietsen op 4 dagen, dat doe je niet zomaar.
“Nee, daar gaat wel wat voorbereiding aan vooraf. Met een groepje kameraden ga ik sowieso regelmatig fietsen, ook langere ritten. Maar voor die 1.000 kilometer heb ik toch wat extra moeten trainen. En waar mijn fietsseizoen normaal in het voorjaar start, ben ik er nu al tijdens de wintermaanden aan begonnen.”

Tijdens de eerste dag dit jaar is de 1.000 kilometer-karavaan in Berlaar gepasseerd, niet ver van ons hoofdkantoor. Kon je op veel steun van collega’s langs het parcours rekenen?
“De rit langs Berlaar viel net op Hemelvaart, een feestdag dus, maar toch zijn er best wel wat collega’s komen supporteren. Ook op de andere dagen trouwens, en op locaties waar ik het totaal niet verwachtte, zoals in Leopoldsburg of aan het militair domein van Brasschaat. Echt leuk en enorm motiverend!”

De organisatie zorgt ook voor heel wat sfeer rond het fietsgebeuren, zoals met de wedstrijd “vorm de langste erehaag” tussen de middagsteden. Hoe ervaar je dat als deelnemer?
“De sfeer rond de 1.000 kilometer is echt zalig! Vooral in de namiddag staat er veel volk langs de kant en zeker bij de aankomst in Mechelen. Dat maakt het heel leuk fietsen. Ook onder de deelnemers is de sfeer gezellig en gemoedelijk. Als je niet samen met vrienden rijdt, dan vind je onderweg altijd wel iemand om een babbeltje mee te slaan.”

Wie op één fietsdag de volledige 250 kilometer rijdt, zit gemiddeld toch een negental uur op de fiets. Een deelname is dus waarschijnlijk niet voor iedereen weggelegd?
“Nee, je hebt toch wel een zekere conditie en training nodig, ook voor de rit van 125 kilometer. Je moet ook durven in peloton rijden, iets wat velen onderschatten.”

De 1.000 kilometer draait helemaal rond het inzamelen van geld voor wetenschappelijk kankeronderzoek. Hoe gaat dat juist in zijn werk?
“Het concept is eenvoudig: een team moet 5.000 euro sponsorgeld verzamelen voor het aan de start mag komen. Het startgeld van alle teams samen gaat naar Kom op tegen Kanker. Voor onze twee teams moeten we dus 10.000 euro inzamelen. We organiseren daar heel wat activiteiten voor, zoals een wijnverkoop. Collega Karine schonk ook een deel van het geld dat zij ingezameld heeft met haar gesponsorde Dodentocht. En we mogen elk jaar rekenen op sponsors, die we een plaatsje geven op de tenues die we speciaal voor de 1.000 kilometer laten maken. Er komt dus ook heel wat ‘logistieke’ voorbereiding te pas aan onze deelname, maar dat nemen we er met de glimlach bij. Zeker als de teller uiteindelijk stopt op maar liefst 18.000 euro sponsorgeld!”

Kortom: een topprestatie vóór en tijdens het event. Een dikke pluim aan alle collega’s die er mee hun schouders onder zetten!